Borduren


  Jo, opoe, Piet, 1954
De oma van Siebe had twee ongetrouwde zussen, Jo en Piet (van Pieternel), die een wolwinkeltje dreven in Javastraat in de Indische buurt in Amsterdam. Ze woonden hun hele leven in het ouderlijk huis in de Balistraat, waarvan ze waarschijnlijk de eerste bewoners waren, zo rond 1900.

Tante Jo werd in 1978 door stomme pech aangereden en overleed in het ziekenhuis door medisch geklungel. Zij was het zakenbrein van de twee en tante Piet, die het huishouden deed, bleef verweesd achter.
Toen ik in 1991 in de familie kwam, was ze ziek en zou ze haar zus spoedig volgen. Aan het huis was nog nooit iets gerenoveerd. Een granieten aanrecht, geen douche, warm water kwam uit een pannetje van het fornuis en de koelkast, een cadeau van neef Teun, werd gebruikt voor de opslag van oude kranten. Ze had twee grote, vrolijke ogen in een mager gezichtje. Ze had zich door de kanker niet uit het veld laten slaan, maar maakte daarentegen pikante grapjes over de liefde tegen ons.

In de boedel troffen we de kleren van haar zus Jo, die Piet zuinig tot de laatste draad had afgedragen. Ik heb alle tafelkleden en schorten ge?¬¨¬•rfd, showmodellen uit het winkeltje: alles met de hand geborduurd. Met zo’n schort zie ik eruit of ik net uit Polen ben ingevlogen.

Maar, omdat we a.s zondag naar Kunst & Kitsch gaan en borduurwerk hot is en we bovendien nog ?©?©n ding zochten om te laten zien, nemen we ook die tafelkleden en schorten mee. En natuurlijk de zakdoeken van mijn buurvrouw Manon van Kouswijk, die vorig jaar in het Textielmuseum exposeerde met tafelkleden, waar ze de wijnkringen al in geborduurd had.