Hegsnoei


Zuivelinstelling

Ik stond vanochtend weer vroeg op om via de bakker bij mevrouw G. van de melkveehouderij melk voor mevrouw A. te halen. De laatste was gisteren zo ziek, moe, ellendig en lusteloos, dat ik haar voorstelde boodschappen voor haar te doen. Omdat ik zo vroeg was, kon ik zien hoe de room van de melk werd gescheiden met behulp van een soort open centrifuge.
De room druppelt langzaam in een soort lampetschaal, terwijl de afgeroomde melk weer schuimend in een grote emmer terechtkomt. Bij de Limburgse boer waar we vroeger kampeerden, kwam de melk niet eens met de buitenlucht in aanraking, maar verdween onmiddellijk via een leiding van de melkmachine in een ijskoude tank.
Ze vond het prima dat ik een foto nam.


Onze kant van de heg

Ondertussen was Siebe begonnen de verste heg af te zagen. Overal in de buurt zijn de hegjes gedaan, met hele handige machines, die de boel meteen verpulveren en opruimen. Die hebben we weer niet, het is allemaal handwerk.
Als je ziet hoeveel van die hegjes nog functioneren, kun je je voorstellen hoe welkom zo’n machine was. Vroeger, vertelde onze buurman desgevraagd, waren er nog veel meer hegjes, maar ook veel meer mensen, met 1 of 2 koeien, een paar geiten en wat schapen. Volgens Graham Robb (van het boek van gisteren) hielden ze zulke koeien ook voor de warmte en gezelligheid (warmth and company). Je ziet op de foto in het boek twee enorme koeienkoppen over een deurtje de keuken in koekeloeren.


Nu alleen nog de fik erin

Omdat Jean Pierre het meeste werk al gedaan heeft, valt ons karweitje relatief mee. Zagen is makkelijk, wegwerken is een hele andere kwestie. Dat kost mij altijd een dag. Morgen dan maar, want zeker als er wind staat, durf ik de fik niet alleen te laten.


De blauwe vlakte

Kijk, het uitzicht wordt steeds ruimer. Alleen die bramen die onuitroeibaar zijn, daar heb ik voorlopig nog geen andere oplossing voor, dan die we al hadden. Uitgraven en verbranden, afknippen, uitgraven en verbranden, tot in de eeuwigheid.


Janusch zijn hoefje wordt gekrabd

Ik heb Yeva net naar de manege gebracht waar ze op Janusch ging rijden, het homovriendje van het paard van de baas. Ze staan altijd met z’n tweeen in een box, verlangen naar elkaar en begroeten elkaar uitbundig als de een wel en de ander niet op de wandeling is meegeweest. Deze wilde vorig jaar nooit door een plas lopen (helemaal in paniek: mijn hoefjes worden nat!), en nu kan het hem plotseling niet meer schelen. Wat zijn het toch merkwaardige dieren.

Le printemps est arriv?©!


Komen ze!

We zaten in de keuken van de familie A. en we dronken een ap?©ro, toen de wijkverpleegster arriveerde. Er werd wat gekletst, over de andere wijkhulp (zwanger!), over het weer, over de bronchitus, waaraan mevrouw al drie dagen leed, over de dorpsgenoot van 100, die nog steeds op zichzelf woonde enz. enz. toen ik in een stilte van het gesprek vroeg, hebben jullie eigenlijk al kraanvogels gezien?
– Ja, zei het meisje, net, vanmiddag, een heleboel, ze draaiden wat rond, alsof ze de weg kwijt waren.
РLe printemps est arriv?¬©! zei ze blij.


Honderden

Nu had ik, toen we woensdag aan ons paardentochtje begonnen, minstens 15 vogels in V-vorm zien overvliegen, die ik vergat omdat 1. ze geen geluid maakten en 2. ik me kop bij het paardrijden moest houden. In het huis van de familie A. hadden we niks gehoord. Toen we thuiskwamen, zeiden de meisjes:
– Er kwamen zoveel kraanvogels over, tientallen en tientallen en ze maakten geweldig lawaai!
Ze hadden gelukkig foto’s gemaakt. Hopelijk komen er morgen nog veel meer.

Lezen en eten


Melk en room gekocht

Zeg ik nog tegen Yeva, toen we vanochtend op de markt bij de kraam van Geitenmie stonden, laat ik nu eens de geitenkraam fotograferen, vergeet ik het onmiddellijk op het moment dat ik met het geitenmannetje in gesprek raak. Is dat achterlijk of niet? Waar trouwens Geitenmie zelf is, geen idee, we hebben haar al maanden niet gezien. Ik durf dat bijna niet te vragen na het motorongeluk van de Slisser (juli 2007).
Voor de verandering sprak Hij van Geit gewoon Frans (in plaats van Engels) tegen ons.
– Bienvenues!
Dat was erg aardig en we werden zoals altijd uitgebreid voorgelicht over de verschillende karakters van de verschillende kaasjes. Na de markt gingen we naar de melkboer voor melk en die verschrikkelijke room.
РJullie gaan een pat?¬© aux pommes de terre maken! riep de kromme mevrouw G.
Onze reputatie is al stevig gegrondvest.


1 melkkoe

Verder dan boodschappen en lezen komen we niet. behalve dan die boodschappen weer opeten. Dat is helemaal niet zo vervelend voor de verandering. Ik lees Flaubert, Par les champs et par les gr?¬¨?Üves, terwijl ik tegelijkertijd De waanzinnige veertiende eeuw van Barbara Tuchman herlees, en Siebe heeft meegenomen: The Discovery of France, van Graham Robb, wat ik steeds stiekem probeer af te pakken als hij even niet oplet.


Brave Kwint

Flaubert doet in zijn boek verslag van een wandeltocht die hij op zijn zesentwintigste met een vriend maakt, langs de Loire en naar Bretagne, te voet, per koets en met de trein, die net voor het eerst reed. Erg grappig en jaloersmakend goed geschreven.
Nu ga ik even bij mevrouw A. van de schuur op bezoek.

Boompje planten


Gat in de weg

– Over twee dagen is het lente, zei Fran???ºois van de boomkwekerij optimistisch. Ik kocht eindelijk mijn Bellefille, waarbij ik kon kiezen tussen een grote (30 euro) en eentje die 2,5 meter hoog wordt (8 euro). Die eerste zou pas na 50 jaar zijn volle omvang hebben bereikt, de kleine na 20 jaar, dus ik koos voor de korte termijn en mijn portemonnee.
Maar waar plant ik hem? Mij leek een appelboompje in de voortuin een aardig idee, we hebben zon als hij kaal is en in de zomer en herfst schaduw & mooie vruchtjes.
Ik heb net tegen beter weten een gat gegraven, maar ik stuit, net als alle vorige keren na 25 cm op het rotsblok waar ons huis op is gebouwd. Dat ik dat toch elke keer weer probeer!
– Dynamiet, was de oplossing van Siebe. Goed idee, Siebe!


De buurtuin met crocus

Saar en ik gingen met de 2cv via de Aldi naar de kwekerij. Omdat het Aldiwoensdag was, was het daar extra druk. De platte TV die Robertine tevergeefs had willen kopen, stond er een grote hoeveelheden uitgestald. De mensen kochten alleen bederfelijke waar, net als wij. De oudere heer die achter ons in de rij stond, begon een praatje.
– Het is wel goedkoop, maar dat besparen ze op kassa’s. Hadden we net ons boodschappensnelheidsrecord willen halen!
Dat hadden Saar en ik ook net tegen elkaar gezegd. Zijn vrouw liep ondertussen door de winkel en verzamelde dingen die van pas kwamen. Ze zette twee flessen wijn in hun kar en gromde: HA!
– HA! gromde hij terug, op zijn Frans dan. Hij schudde zijn hoofd met een ondeugend grijnsje.
– Zullen we BRAND! roepen? Dan zijn we meteen aan de beurt, als iedereen de winkel is uitgevlucht.
Рfeu! feu! riep hij zachtjes. Zijn vrouw kwam terug met meer spullen en zag ons drie?¬¥n giechelen.
– Jullie vermaken je wel, geloof ik!
Dat is de enige manier om de Aldi te verdragen, een beetje slap om je heen kleppen.


Uit de goeie ouwe cidertijd

Ondertussen zit ik met het boompje in mijn maag. Dat moet dan maar op het terrain bij de andere boompjes. Misschien moet ik iets anders op mijn openliggende gazon planten. Zonde om het nu weer meteen dicht te gooien.
De oleanders hebben de winter tot nu toe overleefd. Neen, een oleander in een grasveld, dat is geen gezicht. Ik denk er nog even over na.


Euphorbia bloeit, maar is ook ongeschikt