Na nog een paar beginnersfoutjes en -vergissingen was het na de lunch zover: de beestjes mochten naar buiten in de nieuwe ren. Eerst waren ze zo geschrokken van de verandering van locatie, dat ze met z’n allen (5) in het schuilhok samendromden, terwijl het vandaag weer heel erg warm is, maar na een poosje begonnen ze te grazen. Jake kent vanwege zijn handicap geen angst en is alleen maar piepend op zoek naar z’n dames, als hij even in een ander hok moet.
Ik tik dit buiten in de schaduw dankzij de draadloze ADSL, terwijl ik een oogje in het zeil houd: er moet nog een deksel op tegen wilde dieren, zoals onze honden, die van de buren, of rondvliegende buizerds, die hier werkelijk overal op paaltjes zitten. We zouden een paar kipjes moeten hebben, die kunnen de slangen aan, die ik hier nog nooit heb gezien, maar die hier wel schijnen te zitten. Ik zie af en toe een hele mooie hazelworm.
Ik lees ondertussen Les myst?¬¨?Üres de Marseille van Zola, een schitterend melodrama dat ooit als feuilleton in de krant verscheen. Het zit vol met hele foute kapitalisten en katholieken die uiteraard niet deugen, hoertjes, opportunisten, arrogante adel etc etc. Het speelt toch echt ver na de revolutie. Toen zijn ze kennelijk niet allemaal een kopje kleiner gemaakt, integendeel zou je zeggen, als je dit boek leest.
De cavia’s liggen met hun achterpootjes gestrekt te slapen.