Lelijk in de luier

Petit cockerel
Met de tang gehaald

(Waarschuwing! Deze post kan foto’s bevatten die niets te maken hebben met de inhoud van de tekst)

Toen we (ik, Saar keek) 2 maanden geleden tegen alle advies dat laatste kuiken in godsnaam maar uit het ei trokken, omdat er geen schot in zat en het al de 24e broeddag was, waren we niet zeker of dat halfdode slappe hoopje het zou overleven. Dat deed het wel en zoals jullie kunnen zien op bovenstaand plaatje, heeft het zich ontwikkeld tot een intens lelijke haan in de dop. God, wat een ugly pants.
Laten we hopen, schreef ik aan de dochters, dat hier ook geldt: lelijk in de luier, mooi in de sluier, hoewel hij dat laatste niet gaat meemaken, haan zijnde en bestemd voor de casserole.

Nu kwam er gisteren nog het probleem bij, dat ik hem plotseling hoorde niezen en een beetje rochelen, zo’n verkouden baby-ademhaling, ik hield mijn oor tegen zijn longen en hoorde dat het gereutel hoger zat. De rest van de kuikens keek ge??ònteresseerd toe.
Dierenarts gebeld, het bleek een bekend probleem en ik kon meteen antibiotique komen halen, het zg. doxycycline, voor al uw rochelende vee. Toen ik al schrap stond met mijn portemonneetje in mijn knuist, want die dierenartsen vragen immers altijd fantasiebedragen voor simpele zaken, 7 euro voor 1 wormpilletje, dat online de helft of minder kost, bleek ik slechts 5 euro voor een blik poeder te moeten betalen, genoeg voor een kuur voor het hele toompje. Dat viel me warempel voor de verandering mee, of dat baliemeisje moet zich vergist hebben, daarom maakte ik dat ik na betaling onmiddellijk wegkwam.

All my chickens
13 stuks pluimvee

Nu was de dosering 0,2 gram poeder/dag per kilo kuiken of kip, op te lossen in hun drinkwater, met andere woorden: ze moesten worden gewogen. Ik greep het eerste het beste kuiken en zette het in de emmer die ik op de weegschaal had gezet, leidde hem met een rozijntje af en noteerde het gewicht: 1100 gram! Allemachtig, bijna klaar voor de slacht. De kleinste woog 850, ook niet verkeerd. Dat ging nog makkelijker dan ik dacht. Buurvrouw P. verbaast zich altijd enorm over mijn praktische handigheidjes (die emmer!), ik word daarnaast ook door de rest van het dorp uitgelachen, omdat ik de kippen zo verwend heb dat ze, althans sommige kuikens, vanaf de grond fladderend op mijn arm springen en dan hop! tevreden als een tamme kraai op mijn schouder hun rijk overzien, niet poepen, jongens, en dat kwam nu eens goed van pas, nietwaar? Ook de volwassen dikkerds lieten zich grijpen, op Haantje na, die houdt altijd precies 50 cm afstand en neemt zelfs nooit eens een hapje van me aan.
En nu maar hopen dat het helpt.

Survival kit
Survival kit: onderbroeken en leesbril van de HEMA, drop en Zomergasten (Johan Simons) op de USB-stick

Zo snelt de tijd voort. Het is ook bijna niet te bevatten dat alweer 1,5 week geleden Lucienne’s begrafenis was, de meest basale ooit meegemaakt. Ik reed naar de begraafplaats in de dorpskern van Villard, waar al wat volk wachtte, stapte uit en net toen ik dacht, ik ken helemaal niemand, zag ik onze eigen buurman JP, neef Christian “Schijf” Lej. uit Le Mas St Jean, onze wethouder Kunstzaken Jeannette, onze eigen burgemeester natuurlijk, boer Guy enzovoorts. Allemaal leuke boerengezichten, nette kleren aan. Ik was de enige met hakken, die ik speciaal voor dat doel heb.
De rouwstoet kwam eraan, ik zag de lieve familie van Bleu met betraande gezichten zitten, de auto met de kist reed tot het graf, ze haalden de kist eruit en zetten die op een verhoging, de familie stelde zich er een paar meter achter op.

Sunflowers
Ja, ze bloeien eindelijk allemaal

De massa kwam in beweging, liep tenslotte een voor een langs die arme Lucienne en keerde in een U-turn om naar de uitgang. Ik keek ondertussen naar de mensen en naar het zomerse boerenland, dat zich vanuit dat hoge punt schitterend voor ons uitstrekte en schuifelde om de zoveel tijd een paar stappen verder.
Toen ik aan de beurt was, zag ik die arme treurende familie staan en ik week af van het protocol, ik was tenslotte de enige buitenlander, dus wat gaf het, en omhelsde de zoon en schoondochter en hun kinderen stevig, die onmiddellijk weer in tranen uitbarstten. Ach, ach, wat een verdriet! Even het boek tekenen en weer naar huis. Geen toespraken, geen kerkdienst, geen bloemen, niks.
– Dat verandert ook verder niks, zei vriendin P., toen ik verslag deed, als je dood bent, ben je dood.
Inderdaad, als je dood bent, ben je dood.