Tag Archives: Parijs

Le Bal

Paris, Le Bal
Anonymes, l‚Äö?Ñ?¥Am?¬©rique Sans Nom

Het bezoek aan Le Bal ontbrak nog in het verslag van ons bezoek aan Parijs in november. Le Bal is een een nieuwe expositieruimte, vlak bij Place de Clichy. Op de site is te lezen hoe dit voormalig cabaret, h?¬•tel d‚Äö?Ñ?¥amour en salle de bal verbouwd is tot de ruimte die het nu is. Hier is het beeld in al zijn verschijningsvormen te bekijken: l‚Äö?Ñ?¥image, sous toutes ses formes : photographie, vid?¬©o, cin?¬©ma, nouveaux m?¬©dias, zegt directrice Diane Dufour samen met Raymond Depardon, die daar als voorzitter ook een vinger in de pap heeft. En boeken, niet te vergeten.

Anonymes, l‚Äö?Ñ?¥Am?¬©rique Sans Nom was de tentoonstelling die wij bekeken en die viel warempel niet tegen, integendeel. Onmiddellijk bij binnenkomst hing het werk van Chauncey Hare, Protest Photographs, waarmee meteen ook het thema van de tentoonstelling stevig werd neergezet. Treurig stemmende interieurs uit de jaren 70, meedogenloos geflitst, waardoor godzijdank de esthetiek verdwijnt, die anders al te gemakkelijk komt bovendrijven. Oorlog, dood, verval en armoede zijn uiterst fotogenieke onderwerpen, bekijk maar eens de foto’s via de link van de Guardian Detroit in Ruins.

Detroit is ook het onderwerp van het werk van Arianna Arcara & Luca Santese, Detroit: a self-portrait. Gevonden foto’s, beschadigd en half vergaan doordat ze misschien zo uit het politiearchief op straat zijn gesmeten in de regen, die foto’s zijn bij elkaar gezet en vormen een hartverscheurend beeld van geweld, misdaad en klasse-ellende. Het werk deed me sterk aan dat van Marlene Dumas uit de jaren 80 denken, niet alleen door het materiaal, maar ook door het onderwerp. Zo’n briefje, godallemachtig, leeft die jongen nog, vraag je je af.

Detroit, IF ANYTHING HAPPING TO ME
If anything happing to me

De expositie laat eigenlijk de achterkant van de VS zien, die we nooit zien, bepaald als ons imago van Amerika is door de Hollywoodse TV- en filmindustrie. Anthony Hernandez doet dat ook letterlijk, met Waiting, Sitting, Fishing and Some Automobiles. Daar verveelde ik me na een aantal foto’s bij, maar niet bij de uiterst merkwaardige en boeiende film Lunch Break van Sharon Lockhart. Die duurt bijna 80 minuten en op Youtube heb ik 1 minuut en 30 sec gevonden. Veel verandering is er verder niet te zien. Ik kan er eeuwig naar kijken.

Een aanrader, le Bal.

Le Bal
6, Impasse de la D?©fense
75018 ‚Äö?Ñ?¨ Paris
+33 1 44 70 75 50

P?©age

France
Parijs, 2 januari 2011, geheim BP-afstekertje

Hoe vaak rijden we wel niet door Parijs? Minstens 6×2 keer per jaar. Nu was er zondag een rode dag voorspeld door de Bison Fut?¬©, maar hoewel het drukker dan normaal leek, met veel 91-, 92-, 93-, 94- en 75-nummers, reed de BP soepel door. De meeste file was bij de tolpoortjes, waar je je bij drukte altijd in een baantje moet invechten.
De passagiers gillen bij een moment van onoplettendheid van de chauffeur moord en brand, als een stiekemerd uit een andere baan voorglipt. Vindt de chauffeur niet fijn, dat gegil dan. Om daar vanaf te wezen krijgt S. voor zijn verjaardag een badge van de Cofiroute, waarmee we door de poortjes kunnen zonder oponthoud wegens achteraf afrekenen.

La France de Depardon

France

Vrijdag in Parijs Рdat lijkt alweer honderd jaar geleden na 12 dagen griep Рreden we per metro naar de Biblioth?®que Nationale de France, nadat we eerst in de Magnum galerie bij het Place de St. Germain des Pr?©s al iets van Depardon hadden gezien, o.a. het boek van dit megaproject (La France). De galerie lag op loopafstand. We zaten immers weer ouderwets in Quartier Latin.

De Nationale Bibliotheek van Frankrijk ligt aan de Seine en maakt een extreem moderne en koude indruk. Dat komt niet alleen door de wind die tussen de hoogbouw heen loeit, maar ook door het materiaal waarmee gebouwd is. Glas en grijs geworden hout, mooi, maar ijs- en ijskoud. En dat de ingang nergens is te vinden. Daar zouden ze toch echt iets aan moeten doen, aan de navigatie.

Fotograaf zoekt de juiste metro op de iPhoneFotograaf zoekt de juiste metro op de iPhone

Het architectuurontwerp was natuurlijk weer conceptueel zonder echt praktisch te zijn. Als je oude (en nieuwe) boeken in grote vrijstaande glazen gebouwen wil bewaren, moet je niet gaan piepen als het warm wordt, of als er teveel licht bijkomt. Koud van buiten, warm van binnen. Een omgekeerde mislukte bitterbal. En dan hebben we het nog niet eens over de mensen die daar moeten werken.
S. vond de architectuur interessanter dan ik, dacht ik. Voor mij blijft het toch een gevalletje imponeren en borstgeroffel. Zo’n gebouw, of zo’n verzameling gebouwen moet natuurlijk wel functioneren. Hoe kom je bijvoorbeeld van het ene in het andere gebouw? Onder de grond of buitenom?
Binnen vindt er onmiddellijk – als op een luchthaven – metaaldetectie plaats, vlak na de draaideur, zodat er bij een beetje drukte al een opstopping ontstaat, waarbij de mensen klem in de deur komen te zitten. Ik wil echt wel positief zijn, hoor, maar sommige dingen, tjonge. Maar dit allemaal even terzijde.

St. Sebastien
Prentbriefkaart uit de oude doos

Nu de expositie van Depardon. Onze held heeft 6 jaar lang over de Franse wegen gezworven met zijn camper, lees ik in het blad T?¬©l?¬©rama Horizons, dat een heel nummer gewijd heeft aan dit project. Fijn veel foto’s, een interview en de cijfers. Omdat hij met een analoge 8×10-inch camera werkte, joeg hij er in die jaren naast 20 vlakfilms per dag, ook nog 10.000 polaroids, 1400 liter ontwikkelaar en en evenzoveel fixeer doorheen. (“Nivenool Superpapirool van Amaloco”, dichtte ik jaren geleden voor mijn vaders Sinterklaascadeau). De polaroids maakte hij om te kijken of de locatie geschikt was. Meer cijfers zijn beschikbaar.

In de zaal was een selectie bijna levensgrote prints te zien (bovenste foto), die de mensen tot departement raden prikkelde. En dat was voor mij ook meteen de makke van dit project: ik had een sterke associatie met prentbriefkaarten en die indruk werd nog eens versterkt door dezelfde selectie in een zijzaal in het klein als dia’s te tonen, m?¬Æt onderschriften dit keer. Nu ben ik dol op prentbriefkaarten, dat is het punt niet. Ik pleeg heiligschennis als ik beweer dat de – in fotoland heilige – Depardon 6 jaar lang op jacht is geweest naar prentbriefkaartenlocaties.
Want wat staat er op de foto’s? Het Frankrijk zoals wij, romantici en francofielen, dat maar al te graag zien, typisch Franse huisjes, berglandschappen, frietkotten, een tractor, oude reclames op de muur, oorlogsmonument, hier en daar een deux chevaux, een stukkie zee met een fotogeniek restaurantje, enzovoorts, esthetisch beeld, waarbij ook de armoe, de prefab-bungalootjes en de golfplaten daken een adembenemende schoonheid laten zien. Er zijn bijna geen mensen op te bekennen.
Leuk, hoor, maar wat wil Depardon hier nu eigenlijk mee zeggen? Dat Frankrijk zo mooi is? Gek genoeg ben ik daar fotografisch nu niet in het minst in ge??ònteresseerd.

Parijs, 20 november
Een willekeurige straat in Parijs © e. de korte

Ik wil dat een foto onrustbarend is, me laat schrikken, walgen, ontroeren of in ieder geval mijn nieuwsgierigheid prikkelt. Het hoge woord moet eruit: dat doen deze foto’s niet. Ik bekijk ze tevreden, zie de vrolijke kleuren, raad een departement en ga over tot de orde van de dag. Maar dat is de bedoeling niet.
Het is dan ook geen fotografie voor fotografen, maar voor plaatjeskijkers. Ik moet toegeven dat ik ook een plaatjeskijker ben, tot het me verveelt. En hoe ik ook kijk en speur, ik zie verder niets meer dan wat erop staat. Een gevalletje van WYSIWYG.

Brand in Doubs
Brand in Doubs, uit het boek La France via Amazon.fr

De paar die me zijn bijgebleven zijn die van vliegerende mensen op het strand in Pas-de-Calais en die van een huis in brand in Doubs. Op beide foto’s gebeurt er iets. De andere zijn zo ontzettend statisch, dat ze in mijn herinnering allemaal op elkaar zijn gaan lijken.
Het blijft desondanks bewonderingswaardig wat Depardon met een Siebe Swart-achtige discipline heeft gedaan. En misschien had het hele avontuur ook een meditatieve kant, want wat is nu rustgevender dan zoveel maanden per jaar met een camper het land te fotograferen, waar iedereen het over eens is? Ik heb het over het uiterlijk.
Als je daarbij dan ook nog analoog werkt en dan niet met z.g. rolletjes, maar met gigantische vlakfilm, niks digitaal, worden de handelingen als de rituelen van een priester, de films verwisselen, het licht meten, het statief (de driepoot) opstellen, de schuif eruit, onder het doek kruipen en hopla!
En er was licht.
Zie je wel? Een heilige.

Nationale Bibliotheek
Magnum

Flickr

France
Honingmannetje op Place Monge

Deze week was ik ziek en kon ik geen stukje te schrijven, maar ben wel op heldere momenten bezig geweest mijn foto’s up te loaden naar flickr, als een extra back-up.
Het zijn er zoveel dat ze niet op een harddisk, noch op de externe harde schijf passen en DVD’s met een derde back-up, dat werkt toch niet lekker, schijfje erin, neen, schijfje eruit, nog een keer. En langzaam!
Laatst crashte de zoveelste harde schijf, weer een plek weg waar dat beeld staat. Niet dat de wereld op mijn foto’s zit te wachten, gelukkig niet, haha.

20091017-L1100147
Slapende loir

Weet je hoe leuk het is door al die plaatjes te bladeren! Bovendien volgde er onmiddellijk een verzoek van een museum in Frankrijk of ze het plaatje van de loir mochten gebruiken voor een spel, dat ze gingen maken bij een tentoonstelling over de (winter)slaap.

Ik ga nog eens binnenlopen.

Dodenakker

P?®re Lachaise

We waren geen van beiden ooit op P?®re Lachaise geweest en hadden besloten dat vandaag te doen. Met behulp van de Routard van Parijs had S. daar in de buurt nog een paar restootjes aangekruist, want we hebben de neiging weifelachtig te worden als we voor een tentje staan, met als gevolg dat we doorlopen en doorlopen in het kader van when in doubt, leave it out en dan grauw van honger en vermoeidheid in ruzie in een frietkraam eindigen. Ook lekker, daar niet van, maar echt eten is een stuk leuker.

Proust met zijn ouders
Proust met zijn ouders

Die begraafplaats is een aangename plek, als de zon schijnt. Ik kan me voorstellen dat het op een druilerige dag minder is. Vandaag was het echter prachtweer, we sukkelden tussen de kapelletjes over de lanen en moesten af en toe opzij springen voor auto’s, die op weg naar een teraardebestelling – overmand door verdriet – niet meer opletten of ze iemand van zijn sokken reden. De graven liggen op een flinke helling, waar vandaan je helemaal boven een mooi uitzicht heb op de stad, maar alleen als de bomen kaal zijn, realiseerde ik me.

Kale bomen geven uitzicht

De graven van de bekenden zagen er opvallend bescheiden uit. Om dat van Gilbert B?¬©caud stond een grote groep mensen, de steen versierd met foto’s van de zanger en een lullige speelgoedvleugel. Wat, Gilbert B?¬©caud dood? Wist ik helemaal niet.
Montand en Signoret lagen gezellig bij elkaar. Jim Morrison sloegen we over.

Metropolitain

Na dat geslenter, grafschriften lezen en rondkijken, was het alweer midi, dus we gingen op weg naar het eerste restaurant. Heuvel op heuvel af, straatjes door, trappen op en zoeken, tot we eindelijk naar binnen stapten. De tent was leeg, er stond een hippe jongen achter de bar, er klonk gezellige bonkebonkmuziek, wij zaten achter een pilsje en begonnen onze twijfels te hebben.
Het zag er niet erg uit als een tent waar ze een ouderwetse Bretonse keuken serveerden.
– Zoek eens op hoe die tent eigenlijk heet, fluisterde ik. Die jongen kwam al een tweede keer langs of we wisten wat we wilden eten.
Stiekem in de Routard loerend zagen we dat we fout zaten. Andere naam, ander interieur, ander menu, adieu Bretagne, de zaak was van eigenaar gewisseld en wij wilden weg. De tent beviel niet.
– U heeft uw keus kunnen maken, vroeg de jongen voor de derde keer. Jazeker, we gingen niet bij hem eten, maar ergens anders. Ja ho even, dat ging zo maar niet! Hij mocht geen drank schenken, als er ook niet bij werd gegeten. Tant pis. Ik had heel even een schuldgevoel.

Op naar de volgende zaak. Die bleek verdwenen. De derde leek al maanden potdicht. We eindigden tenslotte in een Algerijns familierestaurant, waar ik eindelijk tajine kon eten met mierzoete muntthee. Dat was dat. Geen ruzie, geen frietkraam, dat viel weer mee.

Later in de week over La France van Depardon en meer. We zijn alweer kapot van dat geloop, gereis en gemetro.