Tag Archives: platteland

Logisch

BeetrootBiet, dat gras moet er nog tussenuit

Ik zocht me vandaag gek naar een paar dode vliegen om op de foto zetten. Ik heb ze niet gevonden, in tegenstelling tot de vrouw die ze een week geleden op haar vensterbank had laten liggen neergelegd om te bewijzen dat ik mijn werk niet goed deed.
Hoe moet je daar in godsnaam anders op reageren dan in lachen uitbarsten en op je voorhoofd wijzen? Boeie!
Nu deed ik dat niet, ik hou me beleefd op de vlakte, maar kon niet voorkomen dat ik een wenkbrauw en een mondhoek optrok en een keer mijn hoofd schudde, wat op hetzelfde neerkwam.

Ja, beste jongens en meisjes, er bestaan hele onaangename mensen, dien er alles aan gelegen is, het leven van een hulpje tot een hel te maken, want die vliegen zijn maar een voorbeeld.

De paar uur per week dat ik gedwongen wordt in dezelfde ruimte met die figuur te zijn, word ik onafgebroken bekritiseerd, terechtgewezen, uitgekafferd en/of met minachting gecorrigeerd (NEENEENEE, NIET ZO! WAT, DOE JE DAT DAARMEE??? etc.).
Ik doe alsof ik van teflon ben, zing liedjes in mijn hoofd, citeer gedichten, bereid mentaal een tekst of tekening voor, waardoor ik tijdelijk in een andere wereld zit. Ik zeg helemaal niets.

Niet dat ik dat leuk vind: de meeste mensen hebben zin in een praatje en willen afgeleid worden door mijn opgewekte flauwekul, want de dagen gaan al zo langzaam, zeggen ze, vooral na het middagmaal. Bovendien is slap ouwehoeren my middle name, zoals jullie weten.

Parsnip and beetroot
Pastinaak met biet

Hoe ik er vanaf kan komen, weet ik niet. Ik ben altijd helemaal kapot van die paar uur, door de ingehouden woede die maar naar buiten wil komen, tot die puist natuurlijk een keer barst.

Ik kan jammer genoeg niet teveel details prijsgeven, dat begrijpt jullie wel, maar oh wat zou ik graag alleen maar lelijke dingen over dat k*tw*f willen uitschreeuwen.
Goed, genoeg, zo heeft mijn moeder me niet opgevoed. Wordt vervolgd.

The first and only peas of 2017
Doppen der erwten

Ondertussen komt eindelijk dankzij de regen de tuin tot leven, met vandaag voor het eerst nieuwe aardappels met doperwten op tafel. Dat is toch zo heerlijk!

Buurman F. uit de stad, aka de Grasmaaier, alias Peut-être vindt al zolang ik hem ken dat mijn tuin niet netjes is. Wen er nou maar eens aan, buurman, godsklere. Who cares? Boeie!

Hij was vanmiddag om 12:30, toen voor het eerst de zon weer eens scheen, weer zo merkwaardig bezig met zijn favoriete tondeuze, die een hysterisch geluid maakte, alsof hij hem steeds afkneep: IIIIIIOEWIIIIIIOEWIIIIIIOEW, tot ik na 10 minuten onze JP, die er immers direct naast woont, keihard hoorde schreeuwen:
LAAT DAT VERDOMDE DING LOS! HOU OP!!!, vanwege die typhusherrie tijdens het eten en ook al omdat hij niet kan verdragen dat iemand het materieel mishandelt.

Ik wachtte tot het stil zou worden, maar niks ervan, hij ging onverstoorbaar door met in zijn eentje luchtalarmpje te spelen.
Hij is niet helemaal lekker.

Ik herinner me plotseling dat JP een tijdje geleden gedreigd had de grasmaaier gedurende de middag- en avondmaaltijd onbereikbaar voor buurman op de vork van de trekker in de lucht te laten hangen.
Dat moment is niet ver meer. Ha!

New potatoes
De eerste piepers

Dat buurmans hersens niet helemaal jofel werken, kan hij niet helpen, jammer dat hij – niet gehinderd door enig zelfinzicht – gewoon doorgaat ons tot waanzin te drijven.

Zo ging ik laatst naar vriendin P om een telefoonnummer, waar ook het echtpaar Grasmaaier op visite was. Vriendin dicteerde het en ik tikte ‘t direct in mijn mobieltje, me eindeloos vergissend in de samengestelde cijferreeksen, die uiteindelijk altijd gewoon twee cijfers blijken te zijn, ik had het er al eerder over: quatre-vingt-dix-neuf is gewoon 99.
– Waarom zeggen jullie niet zoals elk normaal volk septante, huitante en nonante? zei ik, expres chargerend om te kijken wat buurman hier nu weer van zou maken, soixante-dix is toch helemaal niet logisch, om over quatre-vingt-dix maar te zwijgen!

Vriendin P had geen idee, maar buurman ja, hoor, hij hapte.
– Dat is wèl logisch, zei hij en dreunde als een schoolkind het rijtje op, dix, vingt, trente, quarante, cinquante, soixante, soixante-dix, quatre-vingt, quatre-vingt-dix, cent!
– Wat is er dan logisch aan soixante-dix bijvoorbeeld? vroeg ik vals.
– Nou, quarante, cinquante, soixante, soixante-dix, logisch!
Verder dan dat kwam hij niet en ik ook niet, want niets, maar dan ook niets kon hem ervan overtuigen dat er van oorsprong een idioot Keltisch twintigtallig systeem achterzat, vermengd met het tientallige stelsel. Dat laatste is weer wel begrijpelijk als je bedenkt dat mensen op hun vingers tellen.

Hij had natuurlijk nog nooit van zijn langzalzijnlevensdagen van enig stelsel of systeem gehoord en de betekenis van het woord logisch in deze context was voor hem al helemaal onbegrijpelijk, hoe ik hem dat ook probeerde duidelijk te maken.

Probeer maar eens iets in die hersens van die man te laten doordringen: echt, dat gaat niemand ooit lukken, je stuit op een betonnen muur van onbegrip. Bovendien is hij extreem eigenwijs. Boeie!
Dat lukt zelfs JP met zijn trekker niet. Hoewel hij dat van mij wel een keertje mag proberen.

In the orchard
Een kippenparadijs: er mag wel eens worden gemaaid. Boeie!

De kippen hebben geen last van stelsels of logica in hun ideale leven in de boomgaard. Die scharrelen, vangen vliegen, leggen een ei en komen als ik roep.
Dat biedt genoeg troost, hoor. Dat heet geluk. Vooral ook als de kat uit het niets komt aanhollen, zodra er aandacht wordt uitgedeeld.

Omgekeerde schildpad

Goslings dipping a toe
Paradijselijke toestanden

Het was 14 dagen geleden weer zover, ik kòn niet meer. Ik sleepte me voort van klant naar klant, probeerde tegenliggers onderweg zoveel mogelijk te vermijden, maar was bang dat ik op een dag een akelige botsing zou veroorzaken wegens onoplettendheid.
Ik sliep en slaap elk weekend het hele weekend, ook niet normaal.

Dat het huishouden zeg maar niet echt mijn ding is, helpt ook niet om gemotiveerd maar doodmoe die verdomde vloer voor de zoveelste keer te dweilen (“passer un coup de serpill?¬Ære svp“), vooral als de klant denkt dat de klant koning is.

Gelukkig zijn dat er niet veel, want de oudere dames op het platteland zijn de liefste en hartelijkste klantjes die een hulpje zich kan wensen, hoewel er dus af en toe er een tussen zit die denkt dat ze me kan rondcommanderen, hahaha!
Praat eens met mijn moeder, zou ik willen adviseren, als die lieve vrouw niet alweer meer dan 12 jaar dood was.

(De heren zijn ook wel ok, hoewel er laatst een was die me een joetje bood als ik mijn onderbroek wilde laten zakken. Hij had het biljet al in zijn hand.
Ik barstte bij het idee zo hard in lachen uit, dat hij beteuterd voor l*l stond met zijn tientje in de bejaarde knuist.
– Ook niet veel, giechelde iedereen aan wie ik dit verhaal vertelde. Maar dit even terzijde.)

France, view on the neighbouring cows in the sunset
Ook een zonsondergang, maar ergens anders: je ziet niks.

Toen ik een tijdje geleden op een zaterdag bij mijn laatste klantje van de dag (96 jaar, de een na oudste, de oudste is 103) in een dorp 10 km verderop afscheid nam, nadat we nog gezellig hadden kletsen over vroeger tot de zon ons niet meer verblindde, maar verdwenen was achter het elfde-eeuwse kerkje, wilde ik wegrijden.
Ik startte, draaide aan het stuur en kwam *KLONK!* niet meer voor- of achteruit.
*KLONK!*? *KLONK!*? Wat zullen we nou krijgen?

Onder de auto lag een onwrikbaar rotsblok, waarop ik hem met mijn suffe kop kennelijk net had geparkeerd. De voorwielen hingen zo ver boven de grond, dat ze vrolijk ronddraaiden, terwijl de auto geen millimeter bewoog. Holy, holy, merde, putain en nog meer van die woorden. Een omgekeerde schildpad. Hoe stom kan een mens zijn?

Het werd al snel donker en ik duwde een beetje vruchteloos tegen de auto in mijn wanhoop. Zaterdagavond, geen garage te vinden en ik kende niemand met een beetje trekker in deze buurt. Buurman JP zou een laatste optie zijn, altijd bereid me waar en hoe dan ook uit de modder te trekken.

Modern dung cart with well rotted manure
Dit is hem

Ik besloot op te zoek te gaan naar alternatief, wat toch niet moeilijk zou moeten zijn in deze omgeving met louter boeren.
Vlakbij de kerk bleek in de salle polyvalente een feest gaande, wat al voor midi begonnen was, toen ik er op weg naar een andere klant was langsgereden. Een drukte en geklets van belang. Kinderen speelden buiten en staarden me aan.

Toen ik in mijn uniform de zaal betrad, viel er een stilte.
– Een thuishulp, zei een dame tegen haar buurvrouw.

Hup, de Korte, zeg iets!
– Ik heb hulp nodig, sprak ik luid in het Frans, me plotseling bewust van mijn accent, ik heb mijn auto klemgereden en kan niet meer weg. Is er misschien iemand hier met in tractor in de buurt?
De dichtstbijzijnde mannen stonden meteen – een beetje wankel – op en zeiden: we komen wel even kijken, laat maar zien, en sommeerden anderen mee te gaan:
– Kom op, we hebben sterke mannen nodig, oust!
Ze hadden wel zin in een verzetje en volgden me terwijl ik opgelucht vooruitliep. Toen ik omkeek, had ik lange sliert mensen achter me aan, op zijn minst tien sterke mannen en alle kinderen. Ik was in een of andere merkwaardige film terechtgekomen.

Church in Malval, Creuse
Net zo’n dorp, maar dan anders

Ze hadden de 21ste verjaardag van een lid van de familie uitgebreid gevierd, vertelden ze desgevraagd, niet zonder liquide middelen kon ik horen en ruiken, en bevestigden dat ze zich een beetje waren begonnen te vervelen.
Toen ze de schade hadden opgenomen, de rollen hadden verdeeld en tot 3 hadden geteld, was het een kwestie van tillen: HUP! en HUP! en verdomd, de auto stond weer naast de rots met beide benen op de grond.

Ik bedankte ze eindeloos en ze lachten, de kinderen dansten rond het opstootje in de schemering, ze gaven me allemaal een hand en/of bises, spoorden me aan in de auto te stappen en het te proberen. Hij deed het, er was niets beschadigd, ik reed langzaam weg, zwaaiend en zwaaiend, met de kinderen achter me aan hollend, lachend en gillend van plezier.

Tjonge, wat een geluk. Wat een geluk!

Illegale leggers

Chicken nesting box
Creatief met kurk aka huisvlijt met oud hout

Wanneer ik ooit nog tijd vind een stukje te typen, weet ik niet, nu dan maar, om 05:15, waarom niet? De zon is nog niet op, die me deze week direct na opkomst naar buiten lokt, met de honden de paden in en de lanen op.

Na 400 meter checken we de kikkerdril in een doodlopend zijarmpje van een beek en stampen de helling op, begroeten de bospaarden op het hoogste punt en huppelen vrolijk naar beneden, waarbij de blauwe puber Bleu tekenen begint te vertonen van postpuberaal gedrag, als ik hem loslaat.

Border thinks he is a hunting dog
Hert ruiken = Aanlijnen: ik heb geen zin om 10 minuten te wachten tot hij eens terugkomt

Hij wandelt rustig naast me, komt als ik hem roep, gaat tegen me aan zitten en kijkt omhoog, warempel, een echte bordercollie. Dat is natuurlijk onmiddellijk voorbij als er een hert oversteekt of als we Gipsy, Star of Rafale tegenkomen, zoals al die zogenaamde vriendinnen van hem heten. Die we nog niet zijn tegengekomen, dus het lijkt heel wat.

Illegal chicken nest
Welja, achter oud stuk zinken dakgoot, goed idee

Ondertussen ondermijnen de kippen mijn gezag weer wel met hun geleg. Eiergeleg bedoel ik. Ze doen maar wat.

Kortpoot begon als eerste met buiten de deur leggen, in een hazelaar, onder een stuk gaas, tegen het schuurtje, elke dag Pasen hier, hoor, ik heb me een paar weken suf gezocht.
Zei ik in een hazelaar? Ja. De Kip Die Dacht Dat Ze Een Merel Was.
Toen ik haar ei ruilde voor een nepper in de hoop dat ze bij dezelfde plek zou blijven en ik laat in de middag even ging kijken om te zien of iemand er nog wat had bijgelegd, bleek dat plastic ei te zijn verdwenen. H?®?

Het moet niet gekker worden. Dat ei heb ik nooit meer teruggevonden, gejat door een kraai of zoiets, want die trapt daar net zo goed in als de kippen. Ik heb ze in Amsterdam regelmatig fanatiek zien hameren op een begeerlijk stuk plastic.

Chicken nesting box
Lokeieren helpen niet

Mij best, dacht ik, weet je wat ik maak een leghok, oud hout genoeg en na een middagje hamertje tik bleek ik bovenstaand luxe duo-leghok te hebben gefabriekt. Het is niet eens gammel.
Maar stinken ze erin? Welnee, ik word keihard gedist.

Chickens nesting box

Tenslotte ben ik uitgeweken naar de konijnenhokken en heb daar het v/h reishok van Bess in gezet gevuld met stro, een ouwe plank als trapje en een beetje voer.

En trappen ze daar wel in? Jazeker, sinds gisteren zijn ze er gaan leggen en ik vond meteen 5 eieren plus het ei van Zwartje, de enige die stug op de oorspronkelijk plek in het kippenhok is blijven leggen. Die is of een beetje dom, of die heeft een onafhankelijke geest. 6 eieren met 5 kippen, wie legt me dat uit.

Rooster and chicken
Checking the new premises

Nu maar hopen dat er weer eentje broeds wordt. Daar zijn die konijnenhokken ook wel handig voor.

Hollen of stilstaan

Hay bales
Ze liggen overal door het ganse land

Toen het er eind juni niet uitzag, dat er ooit nog gehooid zou kunnen worden, was het ach- en wee-geroep niet van de lucht en terecht natuurlijk. We konden ons niet meer voorstellen dat het ooit nog zomer zou worden, tot de zon eindelijk verscheen, de temperatuur omhoog ging en de nachten onverdraaglijk warm werden. Ook weer niet goed, jamais content. Het aantal hooibalen was nog nooit zo groot geweest, zei vriendin P. tegen buurman P., vijftig (50) meer dan vorig jaar op dat ene grote weiland! Maar in de moestuin ging alles eraan. Tout est crev?©.
– We hebben dit jaar niks te eten, riep ze alweer met overdreven drama in een inktzwart toekomstscenario uit. Dan moesten we maar hooi eten, grinnikte buurman, die zijn buurvrouw langer dan vandaag kent.

Hay bales
En ze liggen weer in het gelid

Om terug te komen op die hooibalen, ik vroeg me al jaren af waarom die na een tijdje keurig op een rijtje worden gelegd. Ik begrijp wel dat dat ze dan in ?©?©n zwaai op de hooiwagen kunnen worden geladen, maar logistiek gezien is het meer werk ze eerst op een rijtje te leggen om ze dan een week later nog een keer op te pakken en ze te laden. 2x oprapen is meer werk. Tenzij je bij het binnenhalen haast heb en de hele handel in een dag wilt binnenhalen en je tussendoor toch niks te doen hebt, alsof ze verder niks te doen hebben hier (I).

Een paar dagen geleden stelde ik eindelijk JP die vraag, die inderdaad bevestigde dat dat laatste een overweging was, maar, voegde hij eraan toe, ik heb het niet gedaan, hoor, Marc heeft ze in het gelid gelegd. Marc is de vader van de King of the Septic Tank Olivier. Oh, ja, zo kan ik het ook, als een ander het doet, is het minder werk, alsof ze verder niks te doen hebben hier (II).
Zo zag ik op een ochtend bij het honden uitlaten de Dierenfluisteraar (85) dat klusje voor zijn zoon klaren, in de trekker met zijn 14 blaffende hondjes gezellig bij hem in de cabine. Die hondjes waren Bess aan het uitschelden.

Butterfly and bee garden
Het bijen- en vlindertuinexperiment, plaatje tussendoor

Over de zoon van de Dierenfluisteraar gesproken, ik liep laatst ‘s ochtends voor de zoveelste keer over het pad dat in een beek verandert en Bleu mocht daar los, omdat hij als hij er toch onverhoeds vandoor gaat, redelijk snel weer terugkomt als ik hem roep. De herdershondprikkels zijn wat minder, de kalveren zijn alweer groot en hollen niet weg, maar kijken terug en bovendien waren alle belendende weilanden leeg.
En warempel, dat zal je altijd zien. waar hij vorig jaar december de herdershond had uitgehangen, kreeg hij een hert in zijn neus en rende de diepte in, waar hij na een uitsloverig ererondje weer mee ophield en zich braaf bij me meldde. Ik zwaaide naar de kleindochter van de dierenfluisteraar die beneden aan de andere kant van de wei een beetje stond te niksen, alsof ze verder niks te doen hebben hier (III), liep verder en greep voor de zekerheid Bleu even bij zijn halsband, voor het geval hij toch weer van gedachten wilde veranderen.

Neighbouring cows
Uitzicht vanuit kippenhok

Twee seconden later denderde precies op de plek waar we net nog hadden gestaan, de enorme kudde Limousinvee hetzelfde weiland in, koeien en kalveren in alle maten en soorten, nog meer en nog meer, er leek geen einde aan te komen, tot tenslotte de zoon van de Dierenfluisteraar volgde. Bleu en ik stonden verstijfd en schrokken ons met een enorme vertraging alsnog te pletter. Hoe was dat nu weer mogelijk! Waren we weer eens ergens aan ontsnapt, aan wat, dat was niet duidelijk. Het allervreemdste was, dat we niks hoorden aankomen, geen hoefgetrappel, geloei of gesteun. Ja, een beetje geritsel in het hoge gras.

Toen ik 10 minuten later de kleindochter sprak, die daar natuurlijk helemaal niet beneden had lopen niksen, maar op de kudde had staan wachten, die nog een weitje verder gedreven moest worden, zei ze, gelukkig kwam hij meteen weer terug, ik was al bang dat het mis zou gaan.
You can say that again.

Lap chick
Zo’n knap toetje!

De hittegolf hield zich twee dagen koest, maar is weer in volle glorie terug. Saar is weer in NL en kon haar drophonger dinsdag reeds stillen bij de HEMA op Gare du Nord. De kuikens groeien als kool. Ze zijn enorm brutaal, springen op schoot om te zien of ik iets lekkers in mijn handen heb. Deze hierboven laat zich zelfs zachtjes aaien. Dat zou wat zijn, een aaibare schootkip.

Poelepoele!

Chickens

Die types hierboven worden elke dag brutaler. Ze lopen los over het terrein en niet alleen ons terrein, maar ook dat van de afwezige buren (“De Schotten“), waar het een bende van jewelste is door omgevallen bomen en achterstallig onderhoud. Een kippenparadijs dus.
Als ik over het pad langs de schuur wandel en ze me op afstand spotten, wat ze altijd doen (“Daar heb je dr!“), want ze houden alles in de gaten, komen ze eraan gespurt in de hoop op een lekkernij.
De omheining die ik met zoveel moeite gefabriekt heb, wordt feitelijk niet gebruikt: ‘s ochtends zet ik met het voeren ook meteen het hok open. Het gevaar is beperkt, Bess loopt nooit los buiten en Bleu mag niet zonder parental guidance, misschien dat het hekwerk in de zomer een functie gaat hebben, als we kuikens hopen te hebben. Eerst nog die haan.

Ik probeerde in het begin van de vakantie Saar te imponeren, nadat ik eerst geweldig had lopen opscheppen dat die diertjes beter dan de hond op mijn roepen reageerden, wat ze wel eens wilde meemaken. Bij het kippenhok was het doodstil, precies wat ik wilde, dus ik riep zoals dat dat hoort: Poelepoelepoele!, me op dat moment pas – lekker bijdehand – realiserend dat ik ze in het Frans aan het roepen was.
Niks. Doodse stilte.
We speurden het terrein af, keken bij De Schotten, maar we zagen ze nergens. En net toen we het opgaven, stonden ze daar plotseling met zijn drie?´n achter ons. Kipjes! Net op tijd mijn figuur gered.

Maar ze zien rennen, dat is toch wel Geluk.


Kipjes krijgen sla.