Doorkijkje


Dat was niet eerder mogelijk: vanuit het zijpad naast ons huis over de tuinmuur dwars door het moestuintje, over de potager van de buren, het weiland inkijken. Dat groen in het midden zijn de sneeuwklokjes van 18 februari, van de andere kant gezien.

Vogellijm


Yeva en ik gingen op deze laatste echte dag boodschappen doen. We namen de toeristische route, iets langer en met smallere weggetjes (en dan maar hopen dat je geen boer op zijn trekker tegenkomt). We kwamen langs een weiland helemaal vol met piepjonge kalfjes met hun moeders, die nog hoorns hadden. Niet dat we ook maar overwogen over het hek te klimmen om ze eens gezellig te aaien, verre van dat! Ze keken al onvriendelijk onze kant uit. Sommigen van de kleintjes hadden nog geen oormerk en de navelstreng hing aan hun buikjes.

Als je – zoals wij – op hout stookt, merk je pas hoe smerig het vroeger geweest moet zijn. Wij moeten hier elke week Grote Schoonmaak houden. Door het stof kun je plots zien dat alle muren onder de spinnewebben zitten. De spinnen ruimen de steektorren op die hier overwinteren. Saar weet niet of ze nu die torren of de spinnen het meest verafschuwt.


Ze is zo trots op haar gepoets in de badkamer/wc dat ze zich voor de deur heeft geinstalleerd als juffrouw van de retirade. Niemand mag er meer in.


De hazelaar naast het pad langs ons huis blijkt helemaal onder de maretak te zitten. Dat kun je in de zomer nauwelijks zien.
Vanavond gaan we even een 2cv bekijken die te koop werd aangeboden op het prikbord van de Intermarch?©. Die eigenaar heet Pele. Zoals de voetballer? Ja, precies, zoals de voetballer.
Morgen weer terug. We willen niet.

Fik


Bij het openwerpen van de luiken konden we al meteen vaststellen dat het een schitterende dag zou worden. En dat was ook zo.
Siebe verdween met zijn camera om in de omgeving te fotograferen en ik ging eindelijk de boel in de fik steken. Dat viel niet mee. Alles was zo doorweekt, dat het vuur na vijf minuten weer doofde.
Tenslotte heb ik een wormstekig houten bakje gevuld met benzine en krant en heb toen, net als in de film een spoor van benzine getrokken waar ik mijn lucifertje bijhield. ZWOESJ! KNAL!!!
Kwint en ik schrokken ons het schompes. Het was een Mirage die door de geluidsbarriere ging. Goed getimed! (Jean Pierre gooit er altijd afgewerkte motorolie overheen, dat is niet zo vluchtig. Laat ik dat nu even niet bij de hand hebben.)

De fik ging tenslotte voorspoedig en met de hulp van Yeva heb ik echt alle stapels braam en ander afval weten te verbranden. De as is nu nog zo verschrikkelijk heet dat het op 2 meter afstand nog niet is uit te houden. Een leeg terrein, heerlijk.

Ik hoor de kettingzaag. Siebe heeft een nieuwe hobby: het terrain weer vullen met houtstapels. Ja, zo zijn we niet getrouwd!

Chopin

In het kader van Saars werkstuk over Chopin èn omdat het weer een grijze dag was, besloten we na de markt naar Nohant te gaan, 50 km hier vandaan. In Nohant staat het kasteeltje van George Sand, die, zoals misschien bekend, jarenlang verkering had met Chopin.


Het kostte nog flink wat moeite om door het centrum van La Châtre te komen vanwege allerlei onduidelijk omleidingen, maar toevallig kwamen we precies op tijd voor een rondleiding, dwz. wij waren de enigen en zonder gids kon je er niet in.
We kregen in rap Frans een heel verhaal te horen over het genie Sand, met wie ze het allemaal deed en hoe ze het kamertje van Chopin een extreme metamorfose had gegeven, nadat ze met een knallende ruzie uit elkaar waren gegaan.
Het hele verhaal ging volkomen voorbij aan Saar en Yeva, dus die kregen een foldertje in het Engels uitgereikt. Zijn er nog vragen? Neen, er waren geen vragen.

Het huis maakte een beetje de indruk van een vergroot poppenhuis, kleine stoeltjes en een gedekt tafeltje, kleine bedjes. Het interessantst was het theatertje, gebouwd in de oude kapel van het kasteel met weer een relatief grote poppenkast.
We moesten in de zomer weer terugkomen zei het meisje, dan was het park zo prachtig met bloeiende rozen etc. Ok, goed, goed, beloofden we.

Op de terugweg gingen we in een of ander tentje in La Châtre eten. De eigenaar bleek een dronken lor te zijn, die maar steeds beweerde dat zijn leven ten einde was, terwijl hij de foto’s van zijn pasgeboren kleinkind liet zien. Hij had geen kwaaie dronk, hij wilde alleen maar steeds aandacht van alle klanten.
Zijn dochter – moeder van zijn kleinkind – die de zaak runde, gaf hem op zijn kop. Hij zag desondanks kans de meisjes te vertellen dat hij nu deze koffie ging brengen naar die meneer daar en weet je wat? Weten jullie wat een auto is (voiture?), nou, die meneer heeft 1000 vrachtwagens! En drie vliegtuigen! En twintig auto’s! Jullie ouders zijn adorables, riep hij nog.

Toen Siebe ging afrekenen, probeerden we (Yeva en Elz) aan hem te ontsnappen door snel het pand te verlaten, maar hij had ons in de gaten en ik (Elz) ontkwam niet aan zijn omhelzing. Yeva stond al op het plein een eindje verderop. Die is een stuk slimmer dan haar moeder.

Hondje Eigenwijs

Deze dag was gewijd aan zagen (bramen met de heggeschaar) en harken (alle troep bijelkaar). Dat stuk van Yeva blijkt nog groter dan het gedeelte wat wij tuin noemen. Vanuit de tuin, d.i. waar de moestuin is, kun je eindelijk helemaal naar de moestuin van de buren kijken. Dat witte in het midden is hun koude kas, van boomstammetjes en plastic gemaakt, die in de zomer vol staat met enorme dikke vleestomaten.

Op de voorgrond is het gat in het kippengaas, waar de hondjes altijd door ontsnappen, gelijk hondje Eigenwijs van de Gouden Boekjes, talloze keren voorgelezen door mijn vader. Dat gaat nu nog gemakkelijker.

Yeva heeft zich beziggehouden met het lenteklaar maken van het restaurant la petite cuisini?¬¨?Üre. In de cave had ze weer allerlei interessants gevonden. Kwint probeert altijd (met succes) mee naar binnen te glippen omdat hij denkt dat er voor hem ook leuke dingen zijn. Hij blijft dan – hoog jammerend – naar ?¬¨¬©?¬¨¬©n punt staren. Muis? Loir? Hagedis? Egel? Slechts met geweld te verwijderen, Kwint dan.

In ?©en van de flessen vond Saar een kranteberichtje over een fataal verkeersweekend in Frankrijk: 37 doden.
(Tussen twee haakjes: de Franse verslaggever op TV is lyrisch over Marianne Timmer.)