Een ebook en een ezel

Android als ereader

Ik lees nu al meer dan een jaar ebooks (e-boeken) op mijn google-phone, onderweg, in wachtkamers, in bed. Zo heb ik alle oude Dorothy Sayersen weer gelezen, die in ebookvorm gratis via mobileread.com online zijn te vinden, een beetje Proust, Zola en meer van die Franse jongens, en deze week heb ik dan eindelijk Stevenson uitgelezen.
De Schot Stevenson kennen de meeste mensen als de schrijver van Treasure Island, Strange Case of Dr Jekyll and Mr Hyde en dit reisverslag Travels with a Donkey in the C?©vennes.
Volgens de informatie die ik online vind, schreef hij met dit reisboek a pioneering classic of outdoor literature. Stevenson liep in 12 dagen 120 mijl van Le Puy in de Auvergne naar St. Jean du Gard in de Cevennen. Om alle spullen voor onderweg mee te kunnen sjouwen diende ezel Modestine, die hem het eerste gedeelte van de reis mateloos irriteerde, maar die toch aan het eind, als hij dier heeft verkocht, z’n vertedering weet op te wekken. Met een zelfgemaakte en loodzware slaapzak, brood voor hem en Modestine en zijn schrijfspullen doet hij dagelijks verslag van de tocht, de mensen, die hij ontmoet, de angsten die hij uitstaat en de moeilijkheden die hij tegenkomt. De kampeerslaapzak komt hier voor het eerst in de literatuur voor.

Ezel op de markt op Ste Madeleine

Ik ben vooral dol op de beschrijvingen van de herbergen, waarvan sommige sinds de middeleeuwen niet lijken te zijn veranderd: de gelagkamer is de keuken, waarin de familie woont met de stal en suite, de gasten slapen boven op 1 kamer en een enkele keer – in Chassazac – delen gasten het bed. Hij is blij dat hij alleen in een bed slaapt en dat het raam open mag blijven. Daar in Chassazac bevallen de gasten hem, jongens die aan het spoor werken:
They were intelligent and conversible, and we decided the future of France over hot wine, until the state of the clock frightened us to rest.¬¨‚Ć, want over het algemeen zijn het wel erg eenvoudige mensen die hij tegenkomt. Om 05:00 moet iedereen weer op: “He, bourgeois; il est cinq heures!”

In het trappistenklooster van Notre Dame des Neiges en Ard?®che bevallen de gasten hem minder: die zijn geschokt als ze horen dat hij protestant is en proberen hem agressief te bekeren. Voor de trappisten zelf, die daarover niet moeilijk doen, heeft hij bewondering: hoe kunnen ze er toch zo fris en gezond uitzien met dat sobere leven, bijna geen eten, altijd hard werken en zwijgen. In de winter eten ze eenmaal per dag, om 14:00, nadat ze om 02:00 zijn opgestaan. Maar als hij weer verder trekt, is hij opgelucht dat hij dat leven niet leidt.
All the brothers were then hurrying to the chapel; the dead in life, at this untimely hour, were already beginning the uncomforted labours of their day. [..] And I blessed God that I was free to wander, free to hope, and free to love..
Ja ja, Stevenson schreef dit boek om financieel onafhankelijk van zijn ouders te worden en zo met zijn meisje te kunnen verkeren, de arme jongen. (Als je die liefdesgeschiedenis leest, zinkt de moed je in de schoenen.)

GR 70

De tocht is mooi te volgen via Google earth/maps of de site van de Grande Randonn?©e 70, de Chemin Stevenson: www.gr70-stevenson.com en is dan ook populair bij wandelaars, vooral ook door het overzichtelijk parcours (120 mijl in 12 dagen) en de goed georganiseerde slaapplaatsen onderweg. Zelf vind ik het ontbreken van een doel, anders dan gewoon wandelen van a naar b, wel prettig, wat misschien het grootste bezwaar voor een ongelovige is van de weg naar Compostella: het religieuze karakter.

Misschien dat we hem eens gaan lopen, zonder ezel dan, maar met lichtgewicht spullen en de telefoon, waarop ik dit boek heb gelezen. Daarmee kan ik net als Stevenson dagelijks op dit blog verslag doen, boeken lezen en jawel, zelfs telefoneren met het thuisfront. Lezen op zo’n klein schermpje is een beetje behelpen, hoewel ik denk dat een groter scherm niet veel uitmaakt. Het boek weegt niets, maar laat zich niet zo gemakkelijk openslaan als een papieren. De dikte laat zich niet schatten en een passage terugvinden in een fysiek boek is een stuk eenvoudiger vanwege het aantal bladzijden en het formaat: op de linker- of rechterpagina, halverwege of aan het eind om maar iets te noemen. Dat houvast ontbreekt bij een e-book en ik heb dat na veel books nog steeds niet onder de knie. Wel kun je natuurlijk iets vinden door te digitaal te zoeken. Dat kan weer niet met een papieren boek.

Travels with a Donkey is ook via Google Books te vinden.

Persil

Persil
Waspoeder

Ik ging dus af en toe terug naar Zuid-Frankrijk, maar dan in mijn eentje. Ik moet er nog bij vertellen dat de communicatie in die tijd per post verliep. Zij hadden geen telefoon, ik ook niet, mobiel en internet bestonden al helemaal niet. Dat was precies de reden waarom de reis de eerste keer niet helemaal ging zoals gepland, maar daarover later meer.
Mijn vrienden, zo kon ik ze wel noemen, hadden natuurlijk een moestuin met kippen en in die moestuin stond het standaardpakket tomaten, sla, aardappels, maar omdat ze in feite vermomde hippies waren van de Love & de Peace en de Far out, man, stonden er in een verborgen hoekje een paar marihuanaplanten. Die wilden wel groeien in de warme Franse zon. De gendarme wist toen nog van niks en herkende de plant dan ook niet, als ze hem al ?¬?berhaupt hadden gespot.

We rookten af en toe wat bij een knappend vuurtje, draaiden Crosby, Stills, Nash & Young en hadden een ouderwetse lachkick. De lachkick, weliswaar verwant, maar niet te verwarren met de slappe lach, die heb ik in jaren niet gehad, bedenk ik me nu. Krankzinnig dat het doorgeven van de peuk al zo geweldig geestig was.
En na de lachkick kwam de vreetkick, waarvan ik me de keer nog herinnerde dat P. en ik in de keuken de geitenkaas naar binnen aan proppen waren, terwijl we die mengden met witte zoete druiven. Man, nog nooit zoiets heerlijks gevroten! En dat is nog steeds zo.

Geitenkaas

Dt gebeurde af en toe ook in de keuken van Franse vrienden, waar F. en P. er een heleboel van hadden en waar ze langs gingen om te hangen, eten, praten en een beetje blowen. We spraken Engels, Frans en ook Nederlands door elkaar, want na een paar trekjes was ik linguistisch al volkomen de draad kwijt en maakte het me niet meer uit of iemand me wel of niet begreep.
Na een aantal dagen onderdompeling in de THC en onbekenden keek ik nergens meer van op. 100 km richting Toulouse rijden was normaal voor een avondje gezelligheid. Ik heb nog nooit zoveel verschillende Franse huishoudens gezien als in die tijd.

We bekeken op een gegeven moment het nieuwe huis van de bevriende mobiele hoefsmid, een geweldig doorblazen krothuis (gevalletje gros oeuvre en bon ?¬©tat), waar nog wel e.e.a. aan gedaan moest worden, understatement van het jaar. Z’n dwerggeitje Virginie kon deuren openen en was dagelijks te vinden op de ontbijttafel, als je vergat de deur op slot te doen, waar ze behalve al het eetbare, ook de papiertjes van de boter en de kaas had opgeruimd. De open haard werd aangeblazen met een f??hn, die standaard naast de schouw in het stopcontact stak. We dronken een ap?¬©ro en rookten er wat bij.
P. vroeg op een gegeven moment of ik mee wilde waspoeder halen. Het was al pikkedonker, we zouden bijna gaan eten, natuurlijk, waspoeder halen, wat een geweldig plan en ik had mijn jas al aan.
We reden een tijd door een volkomen duisternis, zagen in het licht van de koplampen een das langs de kant van de weg scharrelen en stopten tenslotte ergens in de middle of nowhere. P. ging voor, ik liep gelukzalig achter hem aan tot hij stopte en met de zaklantaarn ons doel bescheen. Een veld vol peterselie. Krijg nou niks! Waar was dat waspoeder nou?
– Persil!
Krijg nou voor een tweede keer helemaal niks. Ik had toch echt de hele tocht gedacht dat we een pak Persil zouden gaan halen.

Thuis

Prototypische Franse schuur
Prototypische Franse schuur en pierre

Heel, heel lang geleden ergens in de jaren 70, raakte ik viaviavia bevriend met een stel in Zuid-Frankrijk, hij kwam van de Kanaaleilanden en zij uit de Aude en ze hadden elkaar in Canada ontmoet, een soort beau roman, belle histoire, maar dan anders, want ze waren al jaren bij elkaar. Die viaviavia was een vrouw die bij hetzelfde uitzendbureau als ik werkte en me op de vrijmibo in het caf?¬©, toen we ons loon er meteen maar doorheen aan het jagen waren, uitnodigde bij haar “vrienden” in Zuid-Frankrijk langs te gaan. Dat leek me wel wat.
Onderweg in de trein ontpopte mijn reisgenoot zich al heel snel tot een onsympathieke zenuwenlijder, die geen enkel initiatief toonde en alles als een verwend pruilend kindvrouwtje aan mij overliet. Ze kon niks, deed niks, wilde niks, behalve klagen. Een grote vergissing. Ik ben haar naam zelfs vergeten.
Eenmaal ter plekke – na een reis vol hindernissen – werden we hartelijk ontvangen door F. en P., die in h?‚Ć?‚Ćr geboortedorp in een romantisch huis en pierre woonden en helemaal geen vakantie hadden zoals wij, maar gewoon moesten werken. Nou ja, werken, P. scharrelde een beetje met hier en daar een klusje, spullen regelen, pastis drinken bij kennissen uit het dorp enzovoorts en z’n vrouw werkte wel serieus bij het lokale imp?¬•tbureau 3 straten verder. Omdat ik niets wilde missen van het feest daar te zijn, stond ik vroeg op en ging met P. mee op karwei. Zus Nol was niet wakker te krijgen.

We pruttelden in een oude eend door de omgeving, haalden hout bij een vage rommelverzamelaar met een gigantische schuur, waarvan de kachel in het midden in de oorlog auto’s op hout had laten rijden. Overal hokken propvol eetbare dieren.
We laadden de eend zo vol dat de koets bijna over de grond schraapte, want P. meende dat de verkoper niet de hoeveelheid hout berekende, maar de prijs liet afhangen van het type auto. Met een Mercedes zou je met minder hout meer moeten betalen, dacht hij. Ik had me nog nooit ergens zo thuis gevoeld.
Onderweg stopten we nog bij een vriend voor een ap?¬©rootje en kwamen tegen midi in een vrolijke stemming thuis, waar Zus N. woedend van jaloezie de hele ochtend binnen had gezeten met de klacht dat “er geen croissants” waren. Kristusmeziele! De bakker was 3 minuten lopen, twee vliegen in een klap, je heb croissants en je komt er nog eens uit. Ik maakte me niet erg populair met dit soort praat, maar omdat ze mij gruwelijk de keel uithing, had zich een grote onverschilligheid van mij meester gemaakt.
Zo ging het een week lang, ik raakte steeds meer bevriend met “haar vrienden” en zij deed niets dan zeuren, zaniken, zagen en als een prinses bediend willen worden. Croissants. En veel hersens zaten er ook niet in.

Prototypisch Frans station
Prototypisch Frans station

Van de hele terugreis herinner ik me niets meer, wel dat ik haar daarna nooit meer wilde zien, hoewel ze helemaal nog niet gemakkelijk af te schudden bleek. Hoe heette ze nou toch ook weer? Ik heb F. en P. daarna in de loop der jaren nog regelmatig gezien en gesproken, waarover morgen meer.
Ik was wel in die week definitief en voor altijd verliefd geworden op Frankrijk.

Niemand ontbijt meer met een glas wijn

Louis S?©bastien Mercier

Is de titel van een verzameling korte observaties, in het Frans: Tableau de Paris, 1781 – 1788 door Louis S?¬©bastien Mercier, (bloemlezing vertaald uitgegeven in de priv?¬©-domeinreeks van de Arbeiderspers). Ik deed een toevallige greep in de boekenkast Franse geschiedenis in de bibliotheek.

Het zijn smakelijke columns die integraal op een weblog zouden kunnen. Mercier is een typisch vergeten schrijver, die een gigantisch productie heeft gehad, lees ik in het stuk over zijn leven. Dat heeft hem de das omgedaan, volgens vertaler Willem Derks, want de teksten leden onder de haast waarmee ze waren geschreven. Ook zijn dolgedraaide opvattingen over alles en iedereen in zijn laatste levensjaren deden er geen goed aan. Hij overleefde op het nippertje de guillotine tijdens de Terreur, omdat Robespierre net de nacht voor z’n executie er zelf aanging.

Gelukkig weet ik verder niets van zijn teloorgang en is dit boek mijn eerste kennismaking met hem. En wat een vermakelijke en goed geschreven beschouwingen! Het origineel bestaat uit 12 delen met in totaal 1050 stukken. Hij schrijft over alles aangaande Parijs, tandartsen, mist, het verkeer, de koning, kraamvrouwen, openbare toiletten, (mensen)poep op straat, bloempotten, die verboden zijn, want ze vallen naar beneden, hij pleit voor de oprichting van een arbeidsbureau, Place de Gr?¬Æve: “er wordt niet meer onthoofd”, de mode koffie met melk in plaats van wijn te drinken (waar de Nederlandse titel vandaan komt), vondelingen, inentingen (tegen de pokken) en ga maar door. De boeken waren bestsellers, ook al doordat ze in de eerste instantie waren verboden. De twaalf delen die zich nu in de Franse nationale bibliotheek bevinden, komen uit de boekenkast van koningin Marie-Antoinette.

Ik citeer:
Hondjes
Op dit punt heeft de vrouwelijke dwaasheid het laatste stadium bereikt. Ze zijn gouvernantes van keffertjes geworden en omringen die met onvoorstelbare zorgen. [..] Maar wat alleen in Parijs voorkomt, is dat grote lummels om vrouwen te behagen hun hondjes in het openbaar, op wandelwegen of op straat, op de arm nemen, waardoor ze er zo stompzinnig en zo dom uitzien dat je geneigd bent ze in hun gezicht uit te lachen om ze te leren man te zijn.

Azijnmakers
[..] De heer Maille (mosterd- en azijnmaker) ligt ook de dames na aan het hart. [..]Hij ziet de tere schoonheden arriveren die het hart van een aanstaande echtgenoot willen winnen en hem een beetje willen beduvelen over het verleden, alleen om hem nog gelukkiger te maken. Een klein drukwerkje begeleidt de vloeistof (azijn) met haar subtiel samentrekkende werking en ontheft de verkoper van een toelichting.

Sorbonne
Islamitische theologen zijn redelijker dan de onze. Zij beweren dat Mohammed gezegd heeft dat er van de twaalfduizend woorden in de koran slechts vierduizend waar zijn. Wanneer zij een paar onzinnge passages tegenkomen, klasseren zij die, in plaats van koppig die flauwekul te rechtvaardigen, onder de achtduizend woorden die onwaarheden bevatten. [..] Door de tegenstrijdigheden en onverenigbaarheden af te wijzen houden zij de eer van de menselijke rede hoog.
(De tijden zijn veranderd)

Politievonnissen
De wet die het moet verhoeden komt altijd pas na het ongeluk. Toen de rok van de com?©dienne plotseling bleef haken aan een decorstuk en zij haar rol moest afbreken, volgde een politieverordening waarin iedere actrice en danseres werd bevolen niet op de planken van een theater te verschijnen zonder onderbroek.

Ik heb de Franse versie – jammer genoeg ook een bloemlezing – onmiddellijk besteld bij Amazon.fr.

Cavaliers Charg?©s, une main, deux main!

Zongen we vroeger bij de druivenpluk, als het eten niet snel genoeg doorkwam. Of gewoon, om herrie te maken. Ik heb er jaren niet aan gedacht.

C’?¬©tait un soir au bal de reichoffer il fallait voir les cavaliers charger, Attention cavaliers charg?¬©s,une main.
C’?¬©tait un soir au bal de reichoffer il fallait voir les cavaliers charger, Attention cavaliers charg?¬©s,une main,deux mains
C’?¬©tait un soir au bal de reichoffer il fallait voir les cavaliers charger, Attention cavaliers charg?¬©s,une main,deux mains, un pied .
C’?¬©tait un soir au bal de reichoffer il fallait voir les cavaliers charger, Attention cavaliers charg?¬©s,une main,deux mains, un pied, deux pieds.
C’?¬©tait un soir au bal de reichoffer il fallait voir les cavaliers charger, Attention cavaliers charg?¬©s,une main,deux mains, un pied, deux pieds, la t?‚Ñ¢te, les jambes.

Enzovoorts. Oh ja, en: une fesse, deux fesses, dan hipten we met onze billen op de bankjes.