De zon komt op in het oosten
Ik zit nu op dat stoeltje en typ deze tekst. Het is strakblauw, de vogels fluiten en de bijen zoemen, voor zover die er nog zijn, want ook hier heeft dat dodelijke virus huisgehouden onder de volkjes. Lees maar eens bij Michiel Wijnbergh wat de werkelijke oorzaak is. Gisteren was de hele streek hier aan het hooien, ik kon de blijdschap van al die ronkende tractoren om me heen goed horen. Die jongens en meisjes van de agriculture hebben al sinds de uitvinding van de landbouw dezelfde zorgen: wat voor weer het zal zijn. Heel erg mooi, heel erg hooiweer.
Het is net twaalf uur geweest en zelfs nu hoor ik aan het geluid van de tractor dat de chauffeur zichzelf geen tijd gunt om te eten: morgen schijnt het een beetje te gaan regenen.
Moestuin waar die aardbeien vandaan komen
Ik ben een fotograaf van niks, want gisteren ging ik langs de vrouw van dezelfde trekkerbestuurder, die in de keuken bezig met wat ik al in een straal van 5 meter rond het huis kon ruiken, namelijk aardbeienjam maken. Geen kiekje gemaakt van die batterij literpotten en de schalen gevuld met fruit en geleisuiker die nog moesten, suffe kip die ik er ben.
Wat is dat toch voor spul, dat ze ons in Nederland proberen aan te smeren? Dat heeft toch echt niets, maar dan ook niets met aardbeien te maken. Het is ook rood, daarmee is alles gezegd.
Kas met tomaten
Kijk, zo doe je dat, stop je planten lekker warm in, dan groeien ze als kool. Ik zei navelhoog, maar ze kriebelen al aan mijn kin.
Moet je mijn allerkleinste tomaatjes zien, die krijgen net hun eerste echte blaadjes. We hebben nog twee maanden, als ze niet door een of ander onverlaat sneuvelen, moet het gaan lukken. Hoop ik.
Nog een gemiste kans, kom ik na het bibliotheekbezoek bij Giraud, komt de dochter met een versgeslacht en bratfertig konijn aanzetten, dat ze boven de gootsteen ophangt om het van de laatste druppels bloed te ontdoen. Maak ik een foto? Neen, natuurlijk, slap kleppen is my middle name. Zodra ik mijn eigen stem hoor, vergeet ik alles. Nu ik thuis ben, denk ik voor een tweede keer: suffe kip!
Een plaatje van de slapende honden heb ik wel, hoewel die toen onmiddelijk chagrijnig wakker waren. Vanmiddag worden de kersen behandeld.
Opzouten! We leggen te slapen!
Gisteren kreeg ik een compliment van de buurman, omdat alles weer netjes was. Nou ja, netjes, netjes, vergeleken bij al die strakke gazonnetjes is het een grote bende. Bij het draadmaaien onthoofde ik bijna een jonge vogel die zich schuilhield in het gras, de vliegkunst nog onmachtig. Het leven op het platteland is keihard.
Wat eten we? Ah, lekker, konijn.