Aangemaakt met een bos hout van zolder, rechts een tuinslang
We gingen eindelijk bbqen, dat doen we bijna nooit, ik vind het zo’n gedoe. Toen ik op mijn blote voeten naar buiten liep, stak er net een slang van een halve meter over, op 20 cm afstand, die onmiddellijk in een gat in de stenen muur verdween. Ik keek er wel van op, maar schrok niet, want na de ervaring van al die beesten de afgelopen tijd, kon ik meteen zien dat het een onschuldige ringslang was.
Het lijkt het Jaar van de Slang wel, zo zie je jaren niks, het volgende moment struikel je letterlijk over die beesten. Is dat goed of juist onheilspellend?
Ik liet me niet verder afleiden en liep naar de abri waar nog een halve zak houtskool stond van de vorige eigenaar, die ik nu eindelijk eens dacht op te maken, zie ik een boomklever de kersenboom beklimmen. “Klautert alert en opgewekt alle richtingen uit op boomstammen en dikke takken”, zegt Jonssen. Dat klopt, dat klopt.
Pak ik die zak houtskool, is er een enorme hap uitgescheurd, ja, dat doen die loirs om een nestje te maken, ik voel iets bewegen, en wel potvolpielekes, nog meer wildlife:
Een nestje loirs in de houtskool
Getverdevetver, wat nu? Ik wil die beesten niet, ze stinken, maken lawaai en vernielen echt alles. Maar deze diertjes probeerden te drinken toen ik er eentje oppakte en maakten kleine babygeluidjes.
Bah, bah, wat een duivels dilemma. Ik ben een softe stadswat. Ik kan het niet, ik kan het niet. Hoe moet ik nou ooit overleven in die wrede natuur hier in Frankrijk, als ik niet eens een paar onschuldige baby’s kan verdrinken? Eerst misschien een beetje oefenen op een poule ?‚Ć rotir?
Ik heb de zak met baby’s en al teruggezet en heb in plaats daarvan een fagot, zo’n bos hout voor de broodoven, van zolder gehaald. We stellen de beslissing voor langere tijd uit.
Wij hadden ooit het zoveulste nest kittens. Iemand wist raad. Ik mocht het doen. (Hoera) Ik bracht de tas jonge poesjes naar een adres, daar werden ze aangenomen, ik hoorde een plee die werd doorgespoeld en kreeg daarop mijn lege tas terug. Ik ben wenend huiswaarts gegaan en heb iedereen vervloekt.
Ik kom uit een zogenaamd boerennest.
Maar ik zal dan wel een stadswatje zijn.
Ik herinner me nog iets.
Later.
Oh neen, h?®? Jesses. Wij hebben een sanibroyeur, die maalt ze eerst aan barrels, neen, niet aan denken.
Ik zei poele, maar bedoelde natuurlijk poule. Ik bedoelde een kachel noch een koekepannetje.
Van uitstel komt afstel
Van langdurig uitstel z?©ker…
Precies. De moeder heeft ze al in veiligheid gebracht. Ze mogen alleen niet meer in huis, verder zoeken ze het maar uit. Ik ben bang dat ik naar grovere middelen moet uitzien.
Kill, Bess, bv. Of kill, Elz.