Singh in Marseille

Tentoonstelling Dayanita Singh
Tentoonstelling Dayanita Singh met bezoekers

Vol verwachting gingen we zaterdag naar Huis Marseille. Ik had er expres van te voren niets over gelezen om me niet te laten afleiden door de opvattingen van de tentoonstellingmaker. Die kan de zaken nog al eens anders brengen dan dat ik die zie.
Laat ik maar meteen bij het eind beginnen: het werk was aardig, maar niet zo boeiend als de uitnodiging suggereerde. Ik was noch van het werk, noch van de tentoonstelling onder de indruk. Aardig, maar niet breath taking, jammer genoeg. Ik zou wel weer eens van mijn sokken willen worden geblazen door foto’s, echt.

Marseille

De eerste foto op de gang (Privacy 2002) bleek achteraf het topstuk te zijn, met een Jan Banningachtige kwaliteit. De verwachtingen waren daardoor alweer zo hoog gespannen dat teleurstelling niet kon uitblijven. Het zal eens niet.

Ik liep dus zonder voorkennis rond en keek en keek, maar had helemaal niet in de gaten dat alle zalen het werk van een en dezelfde fotograaf toonden, zo merkwaardig waren de verschillen in stijl. Waarom hebben ze deze mensen genomen, die fotografisch geen enkele relatie hebben? Vroeg ik me af.
Wat hadden de zwart-witportretten van Indiase families te maken met het interieur van een behandelkamer in een armoedig ziekenhuis? Of meisjes gehuld in gewaden bij een rivier (Ganges?). En waarom hingen die nachtfoto’s er? Vormden die industri?¬¥le landschappen een opdracht van het gefotografeerde bedrijf? Enzovoorts, enzovoorts.

Beneden 2

Bij de foto’s zelf ontbrak de informatie waar, wanneer en hoe ze waren gemaakt. Dat bleek gedeeltelijk te lezen te zijn op van die grote tekstlappen aan de muur, die je vaker bij exposities ziet. Ha, al het werk was van de Indiase Dayanita Singh, en de tentoonstelling bleek dus een soort overzicht van haar oeuvre. Maar welke camera ze had gebruikt en wie het werk had gedrukt en waarop, daar kwam ik niet achter.
En toch wilde ik dat weten, want de familieportretten (Ladies of Calcutta, 1997-1999, hier te zien op de bovenste foto) vond ik inhoudelijk wel interessant, maar technisch net niet lekker. Zwart-witportretten in interieurs wil ik vlijmscherp en met volmaakt contrast en diepte op grote lellen van negatieven zien, en deze verzameling leek wel met kleinbeeld gemaakt (wat niet zo was). Het beeld drong niet stevig door, raakte me niet of hoe moet ik zoiets uitdrukken. Dat lag toch echt aan de techniek.

Met de rest van de tentoonstelling had ik vooral inhoudelijk moeite. Wat wil Singh bijvoorbeeld met die nachtfoto’s zeggen? Dat je ‘s nachts van die gekke kleuren krijgt? En waar gingen die (kleuren)interieurfoto’s nou toch allemaal over? En waarom kregen we niet meer van die Ashrammeisjes te zien dan steeds beeld met hetzelfde standpunt?
Ik ben waarschijnlijk blas?¬© of heb in mijn leven teveel gezien, zoiets moet het zijn. Het werk was aardig, sympathiek, absoluut niet slecht, maar ook niet uitzonderlijk goed, en zeker niet verontrustend. Ik ken genoeg vergelijkbaar of beter werk. Het kan natuurlijk ook aan degene gelegen hebben, die de selectie gemaakt heeft. De tekst op de site is helaas weer zo nietszeggend positief – wat logisch is – dat je er alle kanten mee op kunt. Ik kan er niet zoveel mee.

Uitzicht vanuit de trap in de tuin
Uitzicht, zittend op de trap in de tuin

Huis Marseille zelf blijft een prachtig en intiem gebouw, een genot om te zijn.